Kreidler logo

Kreidlerdatabase - 1965 - Kreidler Meo

Kreidlerdatabase

1965 - Kreidler Meo

In 1965 ontwierp Ingenieur Hilber de techniek van Kreidler record machine.

In Oktober van 1965, net voor het regenseizoen, kwam het Kreidler team aan om te proberen met de Kreidler Meo record machine het wereld snelheidsrecord te veroveren.

De Italiaan Vaifro Meo had het basis ontwerp van de stroomlijn gedaan, daarom werd de machine de Kreidler Meo genoemd.
De verdere ontwikkeling van de stroomlijn werd gedaan in de windtunnel van de universiteit van Stuttgart.

Wereldrecord !!!

Max. snelheid: 225.342 km/u - Gemiddelde: 210.634 km/u

Het team was vast besloten het oude record te verslaan dat was gevestigd door Volker Kramer met een Z.....pp (voorjaar 1965 - 153.492 km/h)

Op 23 oktober 1965, na dagen van testen, afstellen en weer testen lukt het het Kreidler team het wereld record te breken bij de 50 cc motoren:

Max. snelheid: 225.342 km/u - Gemiddelde: 210.634 km/u

Afmetingen van de machine:

  • Lengte : 320(!)cm -
  • Hoogte: 75 cm -
  • Breedte: 52 cm

Een blik op de motor, gekoeld door ijs.
Duidelijk zichtbaar is snaar aangedreven compressor (supercharcher)

Uiteindelijk, toen ze niet slaagden het record te rijden, besloot men het ijs achterwege te laten, omdat de motor te koud bleef.

Van harte gefeliciteerd KREIDLER !!!

Ondanks dat Rudolf Kunz een zeer kleine man was, paste hij maar net in de Kreidler.
Duidelijk zichtbaar zijn de kleine steunen welke nodig waren omdat de machine niet in balans te houden was bij lage snelheden. Op hogere snelheden werden de steunen ingetrokken

Kreidlerdatabase

Negen jaar lang zijn de wereldrecords in de 50 cc klasse voor respectievelijk de kilometer en mijl met vliegende start in het bezit geweest van NSU. Het was indertijd de bekende NSU-rijder H. P. Müller, die met de zogenaamde vliegende ligstoel tot 196 km/u kwam.

Dat was een ongelooflijke snelheid, want al had het 50 cc tweetaktmotortje een compressor en al was door de uitgekiende stroomlijnvorm de luchtweerstand tot een minimum teruggebracht, die 196 km/u betekende toch maar even een verbetering van de 50 en 75 cc records met niet minder dan 46 en 20 km/u.

Uit het feit dat de records van NSU negen jaar lang onaangetast bleven, blijkt ook wel dat ze bijzonder scherp gesteld waren.

Maar nu is het dan toch gebeurd. Kreidler had al enige tijd post gevat op de Bonneville zoutvlakte in de Amerikaanse staat Utah en daar werden enkele weken geleden eerst twee records met staande start verbeterd.
Zoals we al eerder schreven, werden de kwart mijl en de hele mijl met staande start afgelegd met een gemiddelde van respectievelijk 73,95 en 108,28 km/u.

Kreidlerdatabase

Thans, nadat de weersomstandigheden en de toestand van de recordbaan wat verbeterd waren, heeft Kreidler-rijder Rudolf Kunz ook met een ultralaag stroomlijn-„projectiel" de genoemde records van NSU aan flarden kunnen rijden.

Hij kwam tot de volgende resultaten:

  • Eén mijl: 209,215 km/u (heenrit 193,487 km/u en terugrit 225,342 km/u).
  • Eén kilometer: 210,634 km/u (heenrit 196.937 km/u en terugrit 224,330 km/u).

Dit was echter nog niet alles, want Kreidler had nog een recordpijl op zijn boog: De 10 km met staande start, welk record op naam stond van Kramer met Zündapp enwel met een gemiddelde van 153,4 km/u. Dit record is door Kreidler omhoog geschroefd tot maar liefst 180,875 km/u, een enorme verbetering dus!

Nooit tevoren zijn met een 50 cc motortje snelheden van meer dan 200 km/u bereikt en Kreidler kan dan ook trots zijn op de bereikte resultaten. Toch is men van mening, dat het nog wel iets sneller kan en als het weer goed blijft, wil men trachten om de nieuwe records (die nog door de F.I.M. erkend moeten worden) nóg scherper te stellen.

Kreidlerdatabase

Kreidler's recordplannen dateerden eigenlijk al van twee jaar terug.
Toen vonden met de in Buenos Aires levende Italiaan Vaifro Meo, die tot 1954 enkele snelheidsrecords op zijn naam had staan, de eerste besprekingen plaats naar aanleiding van het feit, dat men bij Kreidler wel iets zag in een door Meo zelf vervaardigde recordmachine, althans zag men iets in bepaalde ideeën welke er in verwerkt waren.

Uiteindelijk heeft de chef constructeur van Kreidler, ingenieur Hilber, met zijn staf twee recordmachines gemaakt, waarvoor Meo's ontwerp als uitgangspunt diende.

Meo had een rijpositie verkozen die het midden hield tussen een kniel- en lig houding en dit gaf de mogelijkheid, om rondom de tweewieler plus rijder een zeer slanke stroomlijn omhulling te projecteren.

De meest ideale stroomlijnvorm is daarna door middel van uitgebreide proefnemingen in de grote windtunnel van de technische hogeschool te Stuttgart uitgekiend.

Kreidlerdatabase

Parallel met de windtunnelproeven liep de ontwikkeling van de recordmotoren, waarvoor werd uitgegaan van de race-tweetakten van Kreidler. Maar die zijn wel danig gewijzigd. Bij Kreidler maakte men „even" een speciale vier traps compressor, Mahle ontwikkelde de zuigers en Bosch verzorgde de ontstekingsinstallatie voor het 15.000 toeren motortje.

In samenwerking met de Hurth fabriek werd een acht-versnellingsbak geconstrueerd met elektrische schakeling. Met betrekking tot de motor moet nog opgemerkt worden, dat deze als brandstof een alcoholmengsel heeft, terwijl de koelvloeistof (dus geen luchtkoeling) ijswater is!

Om tot een zo gering mogelijke hoogte te kunnen komen, is de rijpositie voorover liggend, zoals Rudolph Kunz hier laat zien.

Dit heel bijzondere motortje, waar enorm veel experimenteel werk in gestoken moet zijn voordat het recordrijp was, levert het indrukwekkende vermogen van 15 pk, wat dus neerkomt op 300 pk/liter!

Aanvankelijk heeft men nog al wat moeilijkheden gehad doordat er zout binnen de kunststof stroomlijn omhulling kwam en men heeft dan ook na de eerste proefritten op de zoutvlakte diverse wijzigingen moeten aanbrengen om een en ander goed te krijgen.

Maar toen de 3.20 meter lange, slechts 75 cm hoge en 100 kg wegende tweewieler eenmaal klaar was, ging hij enorm snel ook: 210 km/u komt neer op 1 km in rond 17 seconden.

Bron: Tijdschrift MOTOR, 52e jaargang No. 46, 12 november 1965